Vandaag, 5 oktober, is het Nationale Ouderendag. Ons huidige project en nieuwste product De Oefendokter ontwikkelen we sámen met ouderen; ofwel in co-creatie. In deze blog: zeven vragen én antwoorden over het belang van co-creatie!
1. Wat is dat precies, co-creatie?
Co-creatie gaat over het goed afstemmen van een innovatie op een doelgroep. Voorheen gebeurde het vaak dat iemand een goed idee had, het volledig ging uitwerken en het vervolgens niet bleek te landen bij de doelgroep waarvoor het was bedoeld. Bij co-creatie werk je tijdens het ontwerpproces juist nauw samen met de doelgroep, om ervoor te zorgen dat het product wél bij hen aansluit.
We maken kleine stapjes. Eerst verdiepen we ons goed in de doelgroep, bijvoorbeeld door interviews te doen. Daardoor krijgen onze ideeën al meer focus. De eerste ideeën werken we vervolgens uit in een prototype. Dat is niet een ‘af’ product, maar een eerste ontwerp daarvan, dat je gebruikt om ideeën te toetsen. Het prototype leggen we vervolgens voor aan een testgroep. Op basis van wat we daar horen, passen we het prototype aan en testen we het opnieuw. Dat doen we een aantal keer, tot iedereen tevreden is.
2. Wat voor informatie hebben jullie nodig van de doelgroep?
We bevragen mensen op van alles: hoe is het om het spel te doen, is het doel duidelijk, begrijp je hoe het werkt, wat is logisch of onlogisch, wat vind je goed et cetera. Daarmee ontdek je in een vroeg stadium of je op de goede weg bent en waar je moet bijsturen.
3. Hoe ziet zo’n sessie eruit?
In het geval van De Oefendokter hadden we bijvoorbeeld 5 ouderen en 2 professionals van huisartsenpraktijken. Zij speelden gezamenlijk enkele gespreksscenario’s. Tijdens het spelen vragen we ze hardop uit te spreken wat ze denken. Dat geeft erg veel informatie, bijvoorbeeld doordat we horen: ‘Waar zit de knop dat ik verder kan?’, of ‘Dit kan ik echt niet lezen’, of ‘Ja, het klopt wel wat de dokter nu zegt’. We maken overal aantekeningen van en maken een verslag, waaruit we conclusies trekken voor de volgende stap. Doordat er ook zorgprofessionals bij waren, kregen we ook direct inhoudelijke feedback.
4. Maken jullie in alle projecten gebruik van co-creatie?
Eigenlijk wel, hoewel niet altijd op deze uitgebreide manier. Voordat we aan de slag gaan met het maken van de gespreksscenario’s, gaan we altijd eerst met mensen in gesprek die daadwerkelijk met de situaties te maken hebben. Zo halen we de cases op die de doelgroep zelf relevant vindt. Ook laten we de scenario’s altijd op verschillende momenten in de ontwikkeling spelen door de doelgroep en vragen we daarop input.
5. Waarom vinden jullie co-creatie zo belangrijk?
Door goed te luisteren naar de klant of doelgroep, zorgen we ervoor dat de scenario’s goed aansluiten bij de praktijk. Dat steekt vaak nauw: iedere beroepsgroep kent bijvoorbeeld zijn eigen woordgebruik.
6. Welke input gebruiken jullie nog meer om scenario’s te maken?
We gebruiken uiteraard ook bestaande literatuur over gesprekstechnieken, we praten met experts op een vakgebied en we zetten onze eigen ervaring en creativiteit in. Dit alles om de gesprekken zo realistisch mogelijk te laten overkomen.
7. Wat zouden jullie in de toekomst nog meer willen doen met co-creatie?
We zijn inmiddels technisch zo ver dat we de input van alle gebruikers tijdens het spelen van een gespreksscenario kunnen ‘oogsten’. Dat is geweldig, omdat we dan van veel mensen tegelijk feedback krijgen. Daarnaast blijven juist ook de kleinschalige co-creatie sessies van grote waarde, omdat je daar heel specifiek input krijgt en gericht kunt doorvragen. Dus ook in de toekomst zullen we zoveel mogelijk co-creatie blijven toepassen, omdat dat de enige manier is om de kwaliteit van onze gespreksscenario’s te kunnen toetsen en garanderen.